Een op de vier leerkrachten kampt met burn-outklachten als gevolg van werkdruk, blijkt uit een jaarlijkse peiling van het CBS en TNO. Maar wat is druk eigenlijk? En hoe voorkom je werkdruk?
Administratieplicht, overuren, volle klassen, lastige kinderen, kritische ouders, een gebrek aan autonomie. Leerkrachten noemen tal van oorzaken voor de werkdruk in het onderwijs. Het gevolg? Hoge werkdruk kan leiden tot gezondheidsklachten, ziekteverzuim en uitval.
Precieze aantallen zijn niet bekend. Een indicatie bestaat wel. Het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) en onderzoeksinstituut TNO vragen jaarlijks tienduizenden werknemers in verschillende sectoren naar hun werkomstandigheden. In het onderwijs komen burn-outklachten vaker voor dan in andere bedrijfstakken, blijkt uit de peiling van 2017. Gemiddeld twintig procent van het ondervraagde onderwijspersoneel kampt met klachten, zoals gevoelens van vermoeidheid en (emotionele) uitputting. Onder meer het gevolg van hoge taakeisen, administratieve last, gebrek aan autonomie en intensieve omgang met kinderen en ouders. Onderzoek van De Volkskrant, op basis van dezelfde peiling, wees uit dat gemiddeld een op de vier leerkrachten in het onderwijs kampt met burn-outklachten, zowel in het primair als voortgezet onderwijs. Let wel: het gaat over klachten, niet een door de bedrijfsarts vastgestelde burn-out.
Volgens de Arbowet vormt werkdruk een van de factoren die stress veroorzaken. Net als bijvoorbeeld seksuele intimidatie, agressie, geweld en pesten. Van werkdruk is sprake als de hoeveelheid werk de werknemer boven de pet gaat. Als je een leerkracht bijvoorbeeld overvraagt. Of geen ruimte biedt aan zeggenschap over zijn of haar eigen manier van werken. Met gezondheidsklachten als mogelijk gevolg.
Er zijn verschillende soorten werkdruk (Oerlemans, Van Vuuren e.a., 2013):
Werknemers ervaren vooral kwantitatieve werkdruk. Buiten dat, hoe werknemers omgaan met werkdruk, hangt af van de persoon, de geestelijke (en fysieke) conditie en het verwerkingsvermogen. De ene leerkracht ervaart bijvoorbeeld een verandering in het werk als last, terwijl de ander het juist als uitdaging ziet.
Niet alleen de taak- en kwaliteitseisen (bv. administratie), de hoeveelheid werk en het werktempo zijn van invloed op de werkdruk. De onvoorspelbaarheid van het dagelijkse onderwijswerk en omgang met lastige kinderen (emotionele druk) spelen eveneens een rol. Ook deadlines en een gebrek aan afwisseling in het werk vormen een voedingsbodem voor druk. Maar ook als werknemers geen vrijheid en autonomie ervaren, kunnen klachten de kop opsteken. Bijvoorbeeld als leerkrachten niet betrokken worden bij het oplossen van onderwijsvraagstukken, beleidsbepaling of het vormgeven van de onderwijsmethoden. Ook een gebrek aan waardering en steun van collega’s/leidinggevenden zijn van invloed op de werkdruk.
In het algemeen: voor werknemers die werkdruk ervaren, kost het werk meer moeite. Lagere productiviteit en mindere onderwijskwaliteit kunnen het gevolg zijn. En - op de langere termijn - ziekteverzuim, een burn-out of uitval. Want werkdruk leidt tot stress, dat gezondheidsklachten veroorzaakt. Denk aan hoofdpijn, een verhoogde bloeddruk en hartkloppingen. Maar ook psychische problemen. Zoals vermoeidheid, een opgejaagd gevoel, spanning, piekeren, somberheid, snel geïrriteerd of geëmotioneerd zijn. In een volgend stadium treden slapeloosheid, een gebrek aan eetlust en concentratieproblemen de kop op. Factoren die de kwaliteit en continuïteit van het onderwijsproces meestal niet ten goede komen. Buiten dat, werkstress verhoogt de kans op een hartinfarct. Vooral werknemers die geen invloed op hun werk kunnen uitoefenen lopen een risico.
Als werkgever ben je verplicht beleid te voeren gericht op het voorkomen of beperken van de psychosociale arbeidsbelasting (Art. 3, 2e lid Arbowet), ook bekend als PSA. Dit zijn factoren die voor werknemers stress kunnen opleveren, zoals seksuele intimidatie, agressie, geweld en pesten. Maar ook: werkdruk. Aan jou als werkgever de (wettelijke) taak maatregelen te nemen die PSA voorkomt of indamt.
Belangrijkste: ga of blijf in gesprek met je werknemers. In functionerings- en ontwikkelgesprekken bijvoorbeeld. Zo weet je wat er speelt en kun je daarop inspelen. Je voorkomt bovendien dat je werknemers overvraagt. Bekijk ook het werkdrukmodel van TNO, met een overzicht van oorzaak en gevolg van werkdruk. Je kunt als werkgever ook beleid voeren ter preventie van werkdruk, psychische klachten en uitval. Zie onderstaand schema:
Soort preventie | | Individu | Organisatie |
Primair | Aanpak werkdruk |
|
|
Secundair | Psychische klachten als gevolg van werk |
|
|
Tertiaire | Terugkeer naar werk stimuleren |
|
|
Om inzicht te krijgen in werkdruk en preventie bestaat een ‘multidisciplinaire richtlijn werkdruk’, opgesteld door o.a. de Nederlandse Vereniging voor Arbeids- en Bedrijfsgeneeskunde (NVAB). Deze richtlijn biedt een handvat voor het constateren van werkdruk bij werknemers.